Oude clubliefde roest niet…

Hoi Ina,

Clubliefde. Daar moest ik even over nadenken. Ik ben al mijn hele leven een voetballiefhebber en juich zolang ik mij kan herinneren voor SC Heerenveen en Ajax. Als beide clubs tegen elkaar spelen, juich ik voor Heerenveen. Het Friese bloed kruipt waar het niet gaan kan.

Ik heb ook 10 jaar gejuicht voor de plaatselijke voetbalclub, maar dat lijkt dit seizoen wat over. Waarom? Ik zou het niet weten. De clubliefde was best groot, maar de club en ik zijn een beetje uit elkaar gegroeid. Zulke dingen gebeuren, daar heeft niemand schuld aan.

Ooit deed ik mee aan een soort stratentoernooi, met 4 vrouwenteams. Hartstikke leuk! Ik heb in mijn jeugd wat gevoetbald en ik was ‘nog maar’ achter in de 30, dus ik dacht: dat kan ik wel! Na afloop werd mij gevraagd of ik lid wilde worden van een op te richten vrouwenteam. Nou, dat leek mij wel wat. Het seizoen erop verscheen ik in trainingsbroek en voetbalschoenen op de eerste training. Maar dat viel even tegen…

Het damesteam bleek een meidenteam. Slechts een dame van het stratentoernooi was ook lid geworden. Laten we maar zeggen dat mijn leeftijd en niveau niet aansloten op dat van de rest. Ik heb overigens wel een leuk seizoen gehad, ik trainde een keer in de week met de meiden mee en deed een berenconditie op. Dat mocht ook wel: ik was net uit de kleine kinderen en had in die tijd nauwelijks iets aan sport gedaan.

Na dat ene seizoen hield ik het voor gezien. Er stond een nieuw talent binnen ons gezin klaar: onze jongste zoon was 6 jaar geworden en wilde net als zijn klasgenootjes op voetbal. In alle vroegte – half 9 verzamelen in welke kleedkamer dan ook – reed ik met onze jongste naar de voetbalclubs in de regio. Ton was op dat tijdstip vaak nog aan het werk, ‘de voetbal’ was een echt mama-zoon dingetje.

Ik genoot van al dat kleine grut dat zo fanatiek over het veld rende. Soms op weg naar het verkeerde doel, maar dat leerde snel. In de rust dronken we met de ouders een kopje koffie of thee. Ik voelde mij goed in mijn rol als voetbalmoeder. Al snel werd ik gevraagd voor een rubriekje, ik ben immers journalist en kan ‘leuke stukjes’ schrijven. Daarna volgde de redactie van het clubblad, waar ik de jeugdrubriek nieuw leven inblies.

Ook schreef ik een paar seizoenen elk weekeinde samen met Ton (zoon was ouder en voetbalde wat later op de ochtend) een verslagje van de wedstrijd voor de website. Dat werd erg gewaardeerd, vooral door de coaches van de tegenpartij, die goed geïnformeerd aan een wedstrijd begonnen. Evengoed werden we in die seizoenen kampioen! Ik kon mij geen zaterdag zonder voetbal meer voorstellen.

Opeens had ik er genoeg van. Vorig jaar besloot ik met het clubblad te stoppen. Ik ben dit seizoen nog een paar keer wezen kijken, maar al snel raakte onze zoon zwaar geblesseerd, zijn voetbalseizoen is voorbij. Sindsdien ben ik niet meer op een voetbalveld geweest. En weet je Ina: ik kom er nu achter wat je allemaal op een zaterdagochtend kunt doen! Uitslapen, hardlopen, stukkies tikken, winkelen: ik heb tijd over. Of ik de voetbal mis? Ik juich nog steeds voor Heerenveen of Ajax. Maar: oude clubliefde roest niet. Met de lokale club komt het vast weer goed!

Lees ook: Clubliefde: de kwetsbare band van Ina met haar ijsclub

 Annemarie

Annemarie Gerbrandy, 1967, is journalist, tekstschrijver en blogger bij Klare Taal. Zij heeft veel ervaring in de agribusiness, maar draait haar hand ook niet om voor onderwerpen over duurzame energie, samenleving en leescultuur. Ze is getrouwd met Ton en heeft twee zoons in de puberleeftijd. Verschenen: ’25 Obsessies’ – Het geheim van mijn moeder.

Annemarie en Ina bloggen in Gerbrandy & Hollander over menige kwestie die hun intrigeert, emotioneert, frustreert, choqueert of charmeert.